Het ware gezicht van de Vrijmetselarij

Paus Leo XIII

Paus Leo XIII heeft in 1884 in zijn Encycliek Humanum Genus met betrekking tot de vrijmetselaars gezegd:

“We hebben te maken met een sluwe vijand, rijk aan listen. Hij blinkt erin uit de oren van de mensen op aangename wijze te strelen. … Zij (de vrijmetselaars) hebben altijd de woorden ‘vrijheid’ en ‘het publieke welzijn’ in de mond. Als je ze moet geloven, is het de Kerk die er altijd weerstand aan heeft geboden dat de mensen onttrokken werden aan een onrechtvaardige onderworpenheid. Zij hebben de mensen verleid met deze bedrieglijke taal. Omdat het in hun grootste belang is niet te tonen wat werkelijk ze zijn, doen ze zich voor als vrienden van de letterkunde of als filosofen die zich verenigen om de wetenschappen te cultiveren. Zij spreken enkel over hun ijver voor de vooruitgang van de beschaving, over hun liefde voor het arme volk. Als men hen moet geloven dan is hun enig doel het lot van de meerderheid te verbeteren en de voordelen van de burgermaatschappij ter beschikking te stellen aan een groter aantal mensen. Echter, verre van gelukkiger te zijn geworden, ziet het volk, verpletterd door alsmaar toenemende verdrukking en ellende (vandaag de dag door de belastingen, de onveiligheid, de werkeloosheid etc.) zich ook nog beroofd van de vertroostingen die het met het grootste gemak had kunnen vinden in de overtuigingen en de praktijken van het christelijke geloof. Als de mensen zich keren tegen de door de Voorzienigheid ingestelde orde dan ontvangen zij als rechtvaardige straf voor hun hoogmoed grote droefheid en ondergang in plaats van voorspoed en welvaren waarop ze vermetel hadden gerekend om hun verlangens te bevredigen”.

Kort samengevat werkt de Vrijmetselarij1, onder het mom van het welzijn van de mens, aan zijn teloorgang; ziedaar de waarheid. Dat is ook waarom de paus besluit met de priesters het volgende aan te bevelen:

“Ruk de Vrijmetselarij het masker af waarmee zij zich bedekt en laat haar zien zoals zij werkelijk is”.

Maar wat is dit masker? Dat is, zou men kunnen zeggen, de verering, de cultus van de mens. En wat verbergt de cultus van de mens, wat is het ware gezicht van de Vrijmetselarij? We zullen in dit eerste deel zien dat de cultus van de mens niets anders is dan een vreselijke belediging jegens God; in een tweede deel dat het resultaat het bederf en de vernietiging van deze mens zelf is, en we zullen tot slot zien dat het ware gezicht van de Vrijmetselarij het gezicht van Satan is. We zullen proberen dit te bewijzen door middel van uitspraken van vrijmetselaars zelf2.

De cultus van de mens, vergrijp tegen God

“Het is met de Renaissance en het Protestantisme dat er denkers zijn verschenen, die verlangden de maatschappij te veranderen door haar werelds te maken, dus atheïstisch. Maar zolang er katholieke koningen waren konden zij hun doelen niet bereiken. Zij hebben dus de Revolutie veroorzaakt en de koningen gedood, de prinsen afgeslacht en nadat ze de voormalige orde hadden omvergegooid zijn ze er langzaam maar zeker in geslaagd een werkelijk wereldse maatschappij in te stellen. Heden ten dage houden de wetgevers geen rekening meer met de Wet van God, met de Tien Geboden, maar slechts met de rechten van de mens.”3

H. Paus Pius X

De H. Paus Pius X kondigde de komst van de cultus van de mens al aan in deze termen:

“Onmachtig om in zich het begrip van God compleet uit te wissen, schudt (de mens) nochtans het juk van zijn Koning af en wijdt aan zichzelf de zichtbare wereld toe als een soort tempel, waar hij van plan is de aanbidding van zijn gelijken te ontvangen”.4

We kunnen de juistheid van deze woorden beoordelen door te luisteren naar een bekentenis van de hooggeplaatste vrijmetselaar Jacques Mitterrand:

“Als het plaatsen van de mens op het altaar, liever dan God daar te plaatsen, de zonde is van Lucifer, dan begaan alle humanisten sinds de Renaissance deze zonde: dit was één van de bezwaren aangevoerd tegen de vrijmetselaars, toen ze voor de eerste keer geëxcommuniceerd werden door Paus Clemens XII in 1738.”5

Paus Clemens XII

Waarom is de cultus van de mens een grove belediging voor God? Simpelweg omdat de menselijke hoogmoed God onttroont en het schepsel boven zijn Schepper verheft. Volgens de beroemde woorden van de H. Augustinus:

“Twee soorten liefde hebben twee steden voortgebracht: de aardse stad die voortkomt uit de liefde voor zichzelf die gaat tot zelfs het misprijzen van God en de hemelse stad die voortkomt uit de liefde voor God die gaat tot het misprijzen van zichzelf.”

Het verwerpen van God door de mens

H. Paulus

Laten we dit verduidelijken: dat God bestaat, dat erkent elk intelligent (en vooral eerlijk met zichzelf zijnde) persoon; men ziet heel goed dat de orde die er in de wereld heerst, vereist dat er een “ordebrenger” is. De H. Paulus bevestigt dat zelfs de heidenen God hebben gekend6, want:

“Hadden zij niet hun verstand? Hadden ze niet de het spektakel van de schepping? Is de taal van de hemelen niet begrijpelijk voor elk verstand?7 Is het verstand niet aan de mens gegeven om hem in staat te stellen de Naam van God in de schepping te lezen? Zodanig dat degene die zijn verstand niet gebruikt om God te leren kennen, dit vergeefs bezit, en tenslotte is het ook gemakkelijker God te kennen dan Zijn werken te doorgronden8. De dingen spreken ons van God omdat ze zijn, door hetgeen ze zijn en door hetgeen hun ontbreekt.”9

Anders gezegd, doen de volmaaktheid en de schoonheid van de schepselen Degene kennen die hun Schepper is.10 Daarom veroordeelt de H. Paulus de heidenen:

“Ze zijn dus niet te verontschuldigen, want ze hebben God gekend en Hem niet verheerlijkt als God en Hem geen dank gebracht”.11

Wat is er gebeurd? Waarom deze weigering God aan te nemen? Dat is omdat de God van de natuur ook de God van de mens was en hem een Wet oplegde die tegen zijn ongeordende passies inging. Welnu, de zondaar weigert deze beperking:

“Het is de bekoring van het plezier, die ons in alles moet leiden. … Het is duidelijk dat men moet genieten en dat al het andere dwaasheid is”.12

De heidenen hebben dus de waarheid vervangen door hun eigen ideeën, teneinde met meer vrijheid hun passies te kunnen volgen. Ze hebben de wetten van de wereld gekend en hebben de wetten van de mens verworpen, omdat ze zich in hun dwaze verhevenheid boven de natuur en haar Schepper hebben gewaand.

Joseph de Maistre

De gevestigde orde vernietigen, vervolgens heropbouwen zonder God, een orde waar de mens de plaats inneemt van God, waar de mens met name zijn eigen wet zal zijn: dat is het doel van de Vrijmetselarij.
Joseph de Maistre heeft dit atheïsme (of eerder anti-theïsme) als volgt willen samenvatten met deze beledigende en goddeloze woorden tegenover de Schepper:

“Alles wat bestaat, mishaagt ons, want jouw Naam is geschreven op alles wat bestaat. Wij willen alles vernietigen en alles herstellen zonder jou. Vertrek uit onze instanties, vertrek uit onze academies, vertrek uit onze huizen. Het verstand is ons genoeg, laat ons!”13

Een valse vrijheid

Zich bevrijden van de dienst aan God, ziedaar het grote project dat de Vrijmetselarij heeft ondernomen en dat zij ononderbroken nastreeft. En deze strijd leidt noodzakelijkerwijs tot de vernietiging van de Kerk en het Katholicisme, verdediger van de rechten van God, die Zijn Wetten in herinnering brengt en Zijn eredienst bevordert.

Voltaire

“Ons einddoel is dat van Voltaire en de Franse Revolutie, de vernietiging voor altijd van het Katholicisme en zelfs van het christelijk idee.”14

Het is duidelijk, ze willen twintig eeuwen christelijke beschaving vernietigen en terugkeren naar het heidendom. Ziehier de wens geuit door de loge van het Groot Oosten (Grand Orient) tijdens zijn jaarlijkse bijeenkomst op 23 september 1898:

“Het is niet het vrije onderwijs, strikt genomen, dat wij bestrijden. Het is het klerikale onderwijs, de klerikale doctrine. In één woord, degene die wij bestrijden, dat is de eeuwige vijand.” Hetzelfde geluid in 1929: “Het is door te protesteren tegen de christelijke wet en moraal dat we zullen komen tot het creëren van een nieuwe moraal, waarvoor we luid roepen om een codificatie”.15

Wie zal dan de wereld besturen? Wie zal de wetgever zijn van het universum? … De mens, enkel steunend op zijn verstand (dat beperkt is en ook nog eens verblind door zijn passies).

Een valse waarheid

“De op de school onderwezen moraal zal goddeloos zijn, los van elk dogma en alle godsdienstige en metafysische gegevens. De kwesties van transcendente orde moeten op het privé-terrein blijven: de school heeft niet de kwaliteiten om deze te onderwijzen … Zij zal beroep doen op het verstand en de vrijheid van het kind respecteren. Geen enkele dwang van buitenaf, het geweten alleen blijft rechter van de daden, keurt die goed of af, moraal zonder straf, evenals zonder verplichting.”16

“Onze eeuw vergt het ontstaan van een rationele en wetenschappelijke moraal, om in staat te zijn om, vanwege of ondanks de verbetering van de materiële omstandigheden van het leven, de volledige ontwikkeling van onze psychologische en spirituele vermogens te waarborgen. Het is in onze loges dat de universele moraal van morgen uitgewerkt wordt”.17

“De mens is het uitgangspunt van alle dingen en alle kennis, hij is zijn eigen bron en zijn eigen referentie. Hij alleen is nu degene die kan zeggen wat goed is voor de mens.”18

Jean Jaurès

Jean Jaurès (een voorman van de Franse socialisten en vredesactivist (opm. red.) stelde 11 februari 1895:

“Wat we koste wat kost moeten beschermen, wat het onschatbare goed is, verworven door de mens in weerwil van alle vooroordelen, alle lijden en alle strijd, is het idee dat er geen heilige waarheid is, dat wil zeggen verboden voor volop onderzoek door de mens; want dat wat het grootste is in de wereld, dat is de soevereine vrijheid van de geest. … Dat wil zeggen dat elke waarheid die niet van ons komt, een leugen is, dat tot in de instemming die we geven ons kritisch gevoel altijd alert moet blijven en dat een stiekem verzet zich moet mengen met al onze bevestigingen en onze gedachten, dat, zelfs als het ideaal zelf van God zichtbaar zou worden, zelfs als God zelf zich zou verheffen voor de scharen in een tastbare vorm, dan zou de eerste plicht van de mens zijn om gehoorzaamheid te weigeren en hem te beschouwen als gelijke, met wie men discussieert, niet als een meester die men onderdanig is”.

Een geest van eerherstel

Herinneren we ons dat het was voor het altaar van de H. Maagd, dat in 1793 ontheiligd was door de viering van een cultus voor de Godin van de Rede, dat Jeanne Baillet de stem van Onze Lieve Heer hoorde die vroeg om eerherstel, en haar beloofde: “Door dit eerherstel verbind ik Me ertoe deze goddeloze verenigingen te vernietigen”. (Jezus sprak hier over de eerherstellende Communie in drievoud. opm. red.)
Trachten wij deze belediging van God te herstellen door al Zijn rechten op de Schepping te erkennen. Welnu, wat is de daad waardoor men erkent dat God alle macht heeft over het schepsel? Dat is het offer. Het offer is de daad van verering bij uitstek. Maar wie offer zegt, zegt ook slachtoffer. Wat is het enige slachtoffer dat aangenaam is aan God en Hem waardig is? Dat is Zijn eigen Zoon, Jezus, waarlijk God en waarlijk Mens. Dat is waarom alleen de Mis aan God alle eer en glorie brengt. Dus, als wij de Mis bijwonen, verenigen we ons dan met het goddelijk Slachtoffer, wij die ledematen zijn van Zijn mystiek Lichaam.

Wat betreft de Vrijmetselarij, die stelde dat ‘het geluk zonder Jezus zal zijn’19, zullen we zien in het volgende artikel dat dit niet bereikt is – integendeel.

… wordt vervolgd …


  1. Met Vrijmetselarij bedoelen we alle geheime sektes die, alhoewel onderling verschillend door de naam, de ritus, de vorm, de oorsprong, op elkaar lijken door de overeenkomst in doel en essentiële principes
  2. Deze citaten zijn afkomstig uit ‘Histoire de la volonté de perversion de l’intelligence et des mœurs du XVIe siècle à nos jours’ door François-Marie Algoud, Chiré, 1996
  3. Mgr. Lefebvre, C’est moi l’accusé qui devrait vous juger, p. 5
  4. E Supremi Apostolatus, 1903
  5. Jacques Mitterrand, voormalig meester van de Grand Orient de France, in 1984
  6. Brief aan de Romeinen, I
  7. Psalm XVIII, 4
  8. Wijsheid XIII
  9. Dom Delatte, Les épitres de St. Paul
  10. H. Thomas van Aquino Ia q12 a12
  11. H. Paulus, Rom. I, 21
  12. Voltaire, Correspondances
  13. Joseph de Maistre, Essais sur les principes générateurs des constitutions politiques (Graaf, Savoyaards politicus, schrijver en filosoof, beschouwd als één van de intellectuele grondleggers van de Franse contrarevolutie opm. red.)
  14. Fragment uit de permanente instructie van de Alta Vendita in 1819
  15. Zaborowski, tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van 1929
  16. Tekst van de bijeenkomst van de Grande Loge de France
  17. Richard Dupuy, in 1970, voormalig grootmeester van de Grande Loge de France
  18. Pierre Simon, voormalig grootmeester van de Grande Loge de France in de krant Le Monde van 1 juli 1970
  19. Pierre Simon in 1979